Algemene Reglementen 2024 Versie 1.1
1 Algemene reglementen
In dit document zijn de basisreglementen opgenomen. Deze zijn van toepassing bij de races en evenementen van The Race factory (TRF) bij het Open Nederlands Kampioenschap, die onder regelgeving van de MON wordt verreden en bedoeld als aanvulling op het Technisch Reglement.
2 Wegrace-evenementen
Onder een wegrace-evenement (hierna genoemd als “evenement”) wordt verstaan: één of meerdere trainingen en wedstrijden voor gemotoriseerde tweewielers op nader gespecificeerde data, gedurende één of meerdere dagen op een afgesloten circuit.
3 Aanvullend
Per evenement wordt door de TRF een dagprogramma met aanvullende informatie opgesteld en uitgereikt. Hierin staan alle bijzonderheden over het betreffende evenement welke betrekking hebben op deelname en specifieke wedstrijdbepalingen.
4. Inschrijvingen
Een ieder die aan een evenement willen deelnemen, dient lid te zijn van TRF ( is gratis en hierbij de link ) en voorafgaand aan dat evenement uitsluitend digitaal in te schrijven via de evenementen link op de website van TRF
4.1 Inschrijfprocedure wegraces
- Inschrijven voor de wedstrijd kan uitsluitend digitaal. Als een minderjarige een licentie aanvraagt en deze licentie wordt betaald, gaat TRF ervan uit dat de betaling door de ouders gedaan is en dat zij daarmee toestemming geven aan hun minderjarige kind om motorsport te bedrijven.
- Om te kunnen deelnemen aan de evenementen is elke coureur verplicht over geldige (dag- of jaarlicentie) MON licentie te beschikken. De licenties zijn beschikbaar via de TRF website.
- Voor buitenlandse deelnemers geldt dat ook zij moeten beschikken over een MON-licentie (dag- of jaarlicentie).
- Tijdens het gehele evenement dient een volwassen begeleider van deze minderjarige aanwezig te zijn. Betaling van het inschrijfgeld moet via de website.
- De hoogte van het inschrijfgeld staat vermeld in het AR. TRF publiceert het inschrijfgeld voor de door hem georganiseerde wedstrijden of trainingen.
- Het is mogelijk om vooraf voor meerdere wedstrijden in te schrijven. Het inschrijfgeld bij voorinschrijving dient tenminste één week voorafgaand aan de wedstrijd of training bij TRF binnen te zijn. Inschrijvingen, anders dan via de website, zoals per post, fax, telefoon en dergelijke worden niet geaccepteerd.
- Indien men een bevestiging van betaling wil ontvangen, stuurt men een e-mail naar TRF en deze stuurt een bevestiging terug.
- Deelname op basis van een MON-dagpas is mogelijk.
- Indien door overmacht een wedstrijd- of trainingsprogramma niet of niet geheel kan worden uitgevoerd, wordt het inschrijfgeld in principe niet geretourneerd. Een startplaats kan niet door de rijder doorgeschoven worden naar medecoureurs of naar een volgend evenement.
- Afmelding: uitsluitend na schriftelijke afmelding bij TRF, gedaan tot vijf (5) dagen voor het evenement zal het inschrijfgeld volledig geretourneerd worden.
- Indien binnen 5 dagen voor het evenement wordt afgemeld zal het inschrijfgeld, enkel bij het kunnen aantonen van overmacht, volledig worden geretourneerd.
4.2 Inschrijfgeld
De hoogte van het aan deelnemers in rekening te brengen inschrijfgeld kan variëren.
5. Toegang
De TRF-wedstrijden zijn, m.u.v. het circuit, het binnenterrein, de pitstraat, de TC-ruimte, de tijdwaarneming en andere officiële ruimten, vrij toegankelijk voor deelnemers en bezoekers.
6. Communicatie
Bij aanvang van de training of wedstrijddag staat een rijdersbriefing gepland. Tijdens deze briefing wordt essentiële informatie verstrekt om een soepele en veilige verloop van de wedstrijddag te waarborgen. Het is verplicht dat zowel de coureur als zijn volwassen begeleider aanwezig zijn bij de briefing. Verdere communicatie die relevant is voor iedereen zal plaatsvinden via de app-groep of door iedereen op het circuit bijeen te roepen.
7. Circuit
De wedstrijden dienen plaats te vinden op een afgesloten circuit dat is goedgekeurd door de TRF/MON. Het aantal toegestane deelnemers per klasse voor zowel training als wedstrijd, de te treffen veiligheidsmaatregelen, de aanwezige faciliteiten en het personeel moeten allemaal worden opgenomen in het circuitrapport. Bovendien dienen deze aspecten in overeenstemming te zijn met het vastgestelde format van het circuitrapport.
8. Rennerskwartier
Het rennerskwartier moet op de dag van het evenement doorgaans twee uur voor aanvang toegankelijk zijn voor deelnemers. Het dient te allen tijde open en begaanbaar te blijven, ook voor hulpverlening bij noodgevallen.
Deelnemers dienen gevaarlijk afval, zoals afgewerkte olie, accu’s, batterijen, pakkingen en gebruikte banden, na het evenement zelf mee te nemen en thuis te verwijderen. Het achterlaten van dergelijke materialen op het circuit kan resulteren in boetes, variërend per circuit.
Het rennerskwartier kan ’s nachts mogelijk niet toegankelijk zijn voor motorvoertuigen, wellicht vanwege rustoverwegingen. Over het algemeen geldt tussen 22.00 uur en 07.00 uur absolute stilte. Deze tijden kunnen echter worden aangepast volgens de regels in het Algemeen Reglement.
De organisatie behoudt zich het recht voor om een gereserveerde plaats toe te wijzen, en deelnemers zijn verplicht deze toegewezen plaats in te nemen.
9 Officiële signalen
9.1 Vlaggen, lichten en borden
De onder 9.3 en 9.4 vermelde vlaggen, lichten en borden worden door officials gebruikt om informatie en instructies te geven aan de deelnemer(s).
9.2 Afmetingen
Alle vlaggen: minimaal 80 x 50 cm
9.3 Verlichting die informatie verschaft
ROOD LICHT: Bij de start van de race.
9.4 Vlaggen die informatie en opdrachten aan de rijders geven
GROENE VLAG of een groen licht:
- Einde pitstraat (gezwaaid): Pitstraat open.
- Gebruikt door starter (gezwaaid): Start opwarmronde na onderbreking startprocedure.
- Op de baanpost getoond (gezwaaid): Einde ongevalssituatie, circuit schoon en veilig, inhalen weer toegestaan.
- Na de laatste gele vlag moet de groene vlag getoond worden op de eerstvolgende vlagpost. Tijdens de eerste ronde van elke training, de Verkenningsronde en de Opwarmronde wordt deze vlag ook getoond.
ZWART/WIT GEBLOKTE VLAG (gezwaaid):
- Finishvlag, einde van de training of wedstrijd. Men dient in een rustig tempo het circuit via de nacontrole te verlaten.
- In het geval er geen rode startligt is kan er gebruikt worden gemaakt van van de zwart / wit geblokte vlag.
GELE VLAG (gezwaaid, enkel of een geel knipperend licht):
- Teken voor gevaar op of vlak naast de baan. Je dient duidelijk snelheid te minderen en inhalen is verboden tot aan het punt waar de groene vlag wordt getoond. Idem (gezwaaid, dubbel): Indien er sprake is van gehele of gedeeltelijke versperring van de baan.
- De betekenis van een dubbel geel gezwaaide vlag is verder gelijk aan een enkele gele vlag.
- De betekenis van een stil gehouden vlag is ook gelijk aan een enkele gele vlag.
- Noot: Indien een rijder inhaalt onder de gele vlag en hij laat kort daarna de ingehaalde rijder(s) weer voorbijgaan (kenbaar te maken door een hand op te steken), zal er geen sanctie volgen.
- Indien dit niet gebeurt zal de rijder:
- Tijdens de training: worden bestraft met het schrappen van de snelste ronde van de sessie waarin de passage plaatsvond. Tegen deze straf kan geen protest worden aangetekend.
- Tijdens de wedstrijd: worden bestraft met terugplaatsing in de rangschikking met minimaal 3 plaatsen, dit ter beoordeling van en opgelegd door de wedstrijdleider. Tegen deze straf kan geen protest worden aangetekend.
RODE VLAG:
- De training of race is onderbroken.
- Gezwaaid en/of knipperende rode lampen langs of op de baan:
- Snelheid verminderen en in rustig tempo doorrijden tot de pitstraat of tot een door officials aangegeven plaats.
- Inhalen verboden, tenzij het een zeer langzame rijder is.
- Vlag door sluitwagen gevoerd: Circuit gesloten.
- Op de baan of einde Pitstraat (stil) en/of rood licht: Stoppen. Doorrijden niet toegestaan.
ZWARTE VLAG (gezwaaid) met een rijnummer getoond:
- De rijder wiens nummer getoond wordt, moet verplicht bij de eerstvolgende doorkomst stoppen in de pits. De beslissing is aan de wedstrijdleider of de deelname aan het betreffend wedstrijdonderdeel nog hervat mag worden.
BLAUWE VLAG (gezwaaid):
- U wordt ingehaald of u wordt zeer binnenkort ingehaald door een snellere rijder. U mag deze rijder(s) niet hinderen.
- Tijdens de trainingen en wedstrijd: u moet zo spoedig mogelijk ruimte maken om de snellere rijder(s) te laten passeren.
10 Trainingen en Wedstrijden
10.1 Tijdwaarneming
Het wedstrijdverloop wordt via elektronische tijdwaarneming vastgesteld. De tijdwaarneming heeft naast het registreren van de rondetijden en het wedstrijdverloop de volgende taken:
- Zo spoedig mogelijk melden van een slecht of ontbrekend transpondersignaal aan de wedstrijdleider met rijdernr. + (indien mogelijk) naam;
- Uitslagen ter goedkeuring aan de wedstijdleider aanbieden.
- Reserve (huur-)transponders beschikbaar hebben voor calamiteiten.
10.2 Transponders
- Iedere deelnemer is verplicht een eigen TRF-transponder te hebben en dient één week voorafgaan aan het eerstkomende evenement waaraan wordt deelgenomen, het nummer hiervan aan TRF door te geven.
- Voorts dient de deelnemer vóór aanvang van elke (vrije) training/wedstrijd een goed functionerende TRF-transponder te monteren op de motorfiets waarmee hij deelneemt.
- De transponder moet bij voorkeur op een goed zichtbare plek worden gemonteerd aan de bovenkant van het voertuig.
- Alleen de deelnemer aan wie de transponder is toegekend mag van deze transponder gebruik maken. Indien door dringende omstandigheden niet met de persoonlijke transponder gereden kan worden, dient het vervangende transpondernummer, of dat van de huurtransponder, een half uur voor aanvang van de sessie waarin gereden gaat worden, bekend te zijn gemaakt bij de wedstrijdleider zodat hij dit kan door geven bij de tijdwaarneming.
- Alle deelnemers zonder een eigen transponder dienen gebruik te maken van een huurtransponder. De huur voor een transponder, indien verstrekt door TRF, bedraagt € 10,-.
- Het goed functioneren van de transponder is de eigen verantwoordelijkheid van de deelnemer. Een niet-goed functionerende transponder wordt niet geregistreerd met als gevolg geen opname in de uitslag.
- Alle nadelige gevolgen van het niet aanbrengen of het niet-goed functioneren van de transponder komen volledig voor rekening en risico van de deelnemer. Hiertegen kan geen protest worden aangetekend.
- Het gebruik van de transponder is strikt persoonlijk. Uitlenen aan een andere rijder is verboden, tenzij dit tijdig en schriftelijk aan de tijdwaarnemer wordt gemeld onder vermelding van het betreffende transpondernummer, de namen van de rijders de klassen van de rijders en de rijnummers.
- Indien de “elektronische” tijdwaarneming door storing(en) geen goede en betrouwbare uitslag kan leveren, wordt de wedstrijd niet gestart of wanneer tijdens de wedstrijd de tijdwaarneming uitvalt, zal de wedstrijd worden stilgelegd (rode vlag).
- Wanneer de tijdsindeling het toelaat zal de wedstrijd opnieuw verreden kunnen worden. Er kan alleen een wedstrijduitslag zijn d.m.v. de tijdwaarneming.
10.3 Toelating tot training en wedstrijd
- Aan trainingen en wedstrijden kan enkel worden deelgenomen met motorfietsen zoals gespecificeerd in het TRF Technisch Reglement, geldend voor de specifieke competitie.
- Elke deelnemer dient deel te nemen met goedgekeurd materiaal (motor en persoonlijke uitrusting), in de klasse en/of groep waarin hij is ingedeeld, tenzij de wedstrijdleider anders bepaalt. Overtreding van deze regel kan bestraft worden met uitsluiting van de volgende manche. Deze straf wordt opgelegd door de wedstrijdleider.
- Om tot de wedstrijd te kunnen worden toegelaten moet een deelnemer een voldoende aantal ronden (minimaal 5 stuks) in de vrije- of tijdtraining hebben afgelegd. Het aantal ronden mag per training worden opgeteld.
- Gedurende een evenement kan de wedstrijdleider een licentiehouder verplichten zich te onderwerpen aan een medische keuring door de dienstdoende wedstrijdarts
10.3.1 Bijzondere toelating tot de wedstrijd
- De wedstrijdleider of TRF kan zo nodig en mits van toepassing, bij wijze van uitzondering en in het belang van de sport een deelnemer enkel op grond van zijn kwaliteiten toelaten tot de (finale-) wedstrijd. Dit op voorwaarde dat er nog ruimte is op de startgrid.
- Vanwege het ontbreken van een trainingstijd zal de desbetreffende rijder achteraan het startveld worden toegevoegd.
- Indien achteraf blijkt dat onreglementair is deelgenomen zal deelnemer op grond van “technisch niet conform zijn” worden gediskwalificeerd.
10.4 Trainingen
In principe vinden bij alle evenementen per klasse twee kwalificatietrainingen plaats.
10.5 Wedstrijden
- Het tijdschema bevat twee wedstrijden/manches die op één dag verreden worden. Deze tellen dan allen mee voor het ONK TRF-kampioenschap.
- Het tijdschema wordt uiterlijk 2 dagen voor het evenement op de TRF-website of TRF app worden geplaatst.
10.6 Startopstelling
- De startopstelling wordt opgemaakt aan de hand van de trainingstijden, beginnend met de snelste tijd op de eerste startpositie (pole) etc. Indien meerdere deelnemers dezelfde snelste rondetijd hebben, wordt hun op één na snelste rondetijd medebepalend voor de startvolgorde.
- Na afloop van de (laatste) training van een klasse wordt de uitslag van de training(en) gepubliceerd.
- Protesten tegen de uitslag van de training moeten binnen 30 minuten na publicatie hiervan worden ingediend bij de wedstrijdleiding. Na verwerking van eventuele protesten wordt de startopstelling bekend gemaakt.
- Deze startopstelling moet minimaal 5 minuten voor aanvang van de wedstrijd bekend gemaakt worden.
- De startopstelling is voor beide wedstrijden gelijk.
- De tijdtraining bepaalt de startpositie.
- Als de wedstrijdleider dit nodig acht, kunnen er verschillende klassen in één race van start gaan. De wedstrijdleider bepaalt hoeveel deelnemers er per startrij worden opgesteld met een maximum van 4 naast elkaar.
- De opstelling in de rijen is trapsgewijs naar achteren.
- Tevens staat in het circuitrapport het maximumaantal deelnemers per klasse en per circuit beschreven.
- De deelnemer moet zichzelf op de hoogte stellen van de aan hem toebedeelde startplaats voor de race en zelf de juiste startplaats innemen bij de startopstelling.
10.7 Afmelden voor de wedstrijd
- Een deelnemer die aan de training heeft deelgenomen en zich gekwalificeerd heeft, maar niet aan de wedstrijd kan deelnemen, is verplicht zich zo snel mogelijk af te melden bij de wedstrijdleider of Hoofd Technische Officials.
10.8 Start
De start vindt plaats met draaiende motoren, de zogenaamde koppelingstart. De start wordt voor de gehele groep gelijktijdig gegeven, tenzij de wedstrijdleider bepaalt dat in meerdere groepen, al dan niet met een vertragingstijd, wordt gestart.
10.9 Startprocedure
10.9.1 Vooropstelling
- Alle gekwalificeerde deelnemers dienen met hun motorfietsen tijdig voor hun geplande starttijd op het einde van de pitstraat aanwezig te zijn en opgesteld staan in de juiste startopstelling.
- Alle gekwalificeerde deelnemers dienen tijdig (5 minuten voor aanvang sessie) met hun motorfietsen in de vooropstellingszone aanwezig te zijn. Er kan mogelijk eerder gestart worden.
Indien gebruik wordt gemaakt van een tweede paddock, dan kunnen deze rijders de verkenningsronde aanvangen vanuit de tweede paddock.
- Te laat komen kan tot gevolg hebben dat de deelnemer achteraan moet starten of niet mag deelnemen. Dit is ter beoordeling door de wedstrijdleider.
10.9.2 Aanvang verkenningsronde
- Op een teken van een daartoe bevoegde official wordt het circuit vrijgegeven voor een verkenningsronde. De deelnemers hebben vervolgens 60 seconden de gelegenheid om aan hun verkenningsronde te beginnen.
- Deelnemers die zich nadien melden kunnen niet meer aan hun opwarmronde beginnen en dienen zich op te stellen aan het einde van de pitstraat.
- De wedstrijdleider kan besluiten de deelnemers meer dan een (gedeeltelijke) verkenningsronde te laten rijden alvorens hen op te stellen op de startgrid. Er wordt dan op de startstreep met de groene vlag gezwaaid en het bord met het cijfer “1” wordt getoond.
10.9.3 Aanvang opwarmingsronde
- Op een teken van een daartoe bevoegde official wordt het circuit vrijgegeven voor een (gedeeltelijke) opwarmronde. De deelnemers hebben vervolgens 15 seconden de gelegenheid om aan hun opwarmronde te beginnen.
- Deelnemers die zich nadien melden kunnen niet meer aan hun opwarmronde beginnen en dienen zich op te stellen aan het einde van de pitstraat.
- De wedstrijdleider kan besluiten de deelnemers meer dan een (gedeeltelijke) opwarmronde te laten rijden alvorens hen op te stellen op de startgrid.
Indien gebruik wordt gemaakt van een tweede paddock, dan kunnen deze rijders de verkenningsronde aanvangen vanuit de tweede paddock.
10.9.4 Terugkomst opwarmronde en opstellen op startplaats
Na terugkomst van de opwarmronde(n) moeten alle deelnemers hun startplaats innemen conform de startopstelling, met uitzondering van diegene die zich nog in de pitstraat bevindt. De juiste positie is met het voorwiel tegen de aan hem toebedeelde startstreep.
10.9.5 Vóór de start
- Een deelnemer met problemen na terugkomst van de opwarmronde dient onmiddellijk terug te keren naar de pits, of achter de laatste startrij te blijven.
- Op het midden van de baan staat op de startstreep een official met een omhooggehouden rode vlag.
- Een deelnemer met problemen aan de start mag de start niet ophouden.
10.9.6 Start
- Wanneer het startveld gereed staat en alle deelnemers stilstaan, zal de official met de groene vlag achter de laatste rijder en de official met de rode vlag op de startstreep de baan verlaten. Vervolgens stelt de starter het rode startlicht in werking. Twee tot vijf seconden later schakelt hij het rode licht uit en start de race.
- Indien met de vlag wordt gestart vervalt het rode licht en wordt de start gegeven door het opzwaaien van de startvlag.
- De deelnemers die zich na de opwarmronde in de pitstraat of bij de toegang tot de baan bevinden en nog willen deelnemen aan de wedstrijd, starten vanaf daar. Zij mogen pas aan de wedstrijd beginnen nadat het gehele startveld is gepasseerd, of op een teken van een official. Deelname vanuit de pitstraat is enkel toegestaan zolang de leider in de race de start/finish nog niet voor de eerste keer is gepasseerd.
10.9.7 Problemen tijdens de start
Wanneer tijdens de startprocedure een deelnemer op het startveld problemen krijgt, dient hij dit onmiddellijk kenbaar te maken door zijn hand op te steken. Indien de veiligheid van de deelnemers hierdoor in gevaar dreigt te komen kan de starter de startprocedure vertragen of onderbreken. Hulp van een official of afvoeren naar een veilige plaats is toegestaan.
10.9.8 Onderbroken start
In geval van een onderbroken start zal de official op de start/finishlijn de rode vlag opnieuw opsteken. Het rode licht blijft aan, indien deze al is ingeschakeld.
10.9.9 Na een onderbroken start
Na een onderbroken start bepaalt de starter, afhankelijk van de situatie, of er wel of niet opnieuw een opwarmronde wordt gereden.
10.9.10 Herstart
- Indien de starter besluit niet opnieuw een opwarmronde te laten verrijden wordt de startprocedure gestopt totdat alle deelnemers hun startposities weer hebben ingenomen en het startveld tot rust is gekomen. In het geval van een start met een startlicht zal het rode licht weer worden uitgeschakeld. Daarna wordt de startprocedure voortgezet vanaf punt 10.9.6 (start).
- Het oorspronkelijke aantal te verrijden ronden / rijtijd blijft in principe gehandhaafd.
10.9.11 Opnieuw een opwarmronde
Wanneer de starter besluit opnieuw een opwarmronde te laten verrijden maakt hij dat kenbaar door te zwaaien met de groene vlag en het tonen van het bord met het opschrift “opwarmingsronde ”. Hierna wordt de startprocedure voortgezet vanaf punt 10.9.3 (aanvang opwarmronde). De wedstrijd wordt dan met twee rondes ingekort. Mocht de startprocedure opnieuw worden onderbroken, dan herhaalt zich deze procedure.
10.9.12 Een motorfiets met pech
Een motorfiets die na het startsignaal stilvalt, mag door officials worden aangetrokken/aangeduwd. Wanneer na enkele pogingen de motor nog niet loopt, zal de motorfiets van de baan worden geduwd naar een plaats waar deze geen hinder of gevaar meer oplevert.
10.9.13 Te vroeg starten
- Een deelnemer die vanaf de verkeerde startplaats start of over de hem toebedeelde startstreep beweegt voordat het rode licht uit is krijgt, te bepalen door de wedstrijdleider, 10 seconden straftijd. Deze tijd moet opgeteld worden bij de tijd die hij nodig had om de wedstrijd te rijden.
- De beoordeling van het al of niet vanaf de verkeerde startplaats of te vroeg starten gebeurt door de wedstrijdleider. Deze kan zich laten assisteren door bevoegde officials.
- De straf wordt uitsluitend door de wedstrijdleider opgelegd en wordt zo spoedig mogelijk aan de rijder en/of zijn helper bekendgemaakt.
10.11 Algemene ordemaatregelen bij de startprocedure
- Alleen de deelnemers en officials/marshalls mogen op de startgrid en de baan aanwezig zijn, er mogen geen helpers op de startgrid staan.
- Een deelnemer die assistentie nodig heeft moet zich daarvoor naar de pitstraat begeven of, indien de pitstraat zich niet bij de startplaats bevindt, zich opstellen achter het startveld.
10.11 Middelen van voortbeweging
Tijdens een wedstrijd mag de motorfiets alleen mechanisch worden voortbewogen door de eigen verbrandingsmotor van de motorfiets van de betreffende rijder. Steppen, duwen, lopen, dragen en dergelijke is niet toegestaan.
10.12 Algemene gedragsrichtlijnen
- Elke deelnemer dient ervoor te zorgen dat hij, en indien van toepassing, zijn gehele team kennis heeft van de inhoud van de reglementen en het betreffende AR.
- Deelname aan een door of namens de wedstrijdleiding te houden rijdersbriefing is verplicht.
10.13 Gedragingen op het circuit
Gedurende de trainingen en de wedstrijden mogen rijders geen oneerlijke, ongeoorloofde of gevaarlijke manoeuvres uitvoeren en mogen zich niet onbehoorlijk gedragen. Dit betreft bijvoorbeeld: een gevaarlijke remactie, gooien met spullen, ongepaste gebaren maken, etc. De wedstijdleider zal dergelijke acties bestraffen met een passende straf.
In het algemeen wordt bij overtreding slechts éénmaal (1 keer) gewaarschuwd en deze wordt bijgehouden. Bij de volgende overtreding volgt geen waarschuwing meer, maar volgt onmiddellijke verwijdering van het evenement.
10.13.1 Op het circuit
- Is het verboden om tegen de rijrichting in te rijden.
- Mogen deelnemers tijdens het passeren elkaar niet onnodig hinderen.
- Mag een rijder niet zonder geldige reden op de baan stoppen.
- De voeten moeten contact hebben met de voetsteunen. Bij constatering door een official kan de wedstrijdleider een tijdstraf van 10 seconden opleggen.
- Uitgestoken voet en trappende bewegingen zijn verboden en worden bestraft met diskwalificatie.
- Uitzondering is de start en bij binnenrijden van de pitstraat. of wanneer nodig bij het balanceren voorafgaande aan de bocht
- Mag een deelnemer die om welke reden dan ook de baan heeft verlaten slechts op aanwijzing van een baancommissaris/official en op nagenoeg dezelfde plaats op het circuit terugkeren zonder hulp van derden
- Hij mag hier geen voordeel van hebben (afsteken).
- Bij overtreding tijdens de kwalificatie kan de snelste ronde geschrapt worden, tijdens de wedstrijd zal een (tijd-)straf worden opgelegd.
- Bij een val, uitval of mechanische problemen dient de rijder allereerst zichzelf en zijn machine in veiligheid te brengen waardoor hij geen hinder of gevaar vormt voor de overige deelnemers.
- Na een val dient de motor een korte veiligheidsinspectie te ondergaan. Er moet daarbij tenminste worden gekeken of de stuuruitslag nog voldoende is, de remmen nog werken en of er geen lekkages zijn.
- Alleen de rijder mag ter plaatse reparaties aan zijn machine uitvoeren. Hulp van baanofficials en derden is niet toegestaan.
- Na een val moet een rijder de motorfiets, de helm en de kleding ter herkeuring bij de technische keuring aanbieden en zichzelf voor een EHBO-check bij de medische official melden.
- Mag een rijder en zijn motor uitsluitend de baan verlaten via de technische nacontrole (ook na een val of uitval).
- Bij niet-opvolgen hiervan, kan dit uitgelegd worden als het ontduiken van de technische nacontrole met diskwalificatie als gevolg. De wedstrijdleider kan deze straf opleggen.
- Mag de technische nacontrole door de rijder en/of zijn motor alleen worden verlaten na toestemming van de official ter plaatse.
- helpers, externe fotografen of ouders mogen niet op het binnenterrein komen, mits voorafgaande toestemming van de wedstrijdleider. Iedereen die met deze toestemming op het binnenterrein aanwezig is moet een door de organisatie verstrekt hesje dragen.
- het is niet aan een deelnemer verboden iemand anders te vervoeren met zijn motorfiets tijdens de training of de wedstrijd.
- Indien men de pitstraat in wil rijden mag men de overige rijders absoluut niet hinderen en moet men VERPLICHT, tijdig voor het inrijden, een hand omhoogsteken, om de achteropkomende rijders te waarschuwen, en bij het daadwerkelijke inrijden van de pitstraat over beide schouders kijken.
- De kleding van de deelnemers dient tijdens alle trainingen en race te voldoen aan de voorschriften, ook tijdens de opwarmronde en uitloopronde. Wanneer de kleding en helm niet voldoen aan de voorschriften kan de rijder worden uitgesloten van opname in de voorlopige uitslag.
- Is het maken van zogenaamde staande burn-outs en “donuts” op het circuit wegdek verboden vanwege de schade aan het wegdek. Indien dit toch gebeurt, kan deze overtreding bestraft worden met een vaste boete van € 50,- plus de reparatiekosten van de schade aan de baan. Hiertegen kan geen protest worden aangetekend.
- Is het maken van een proefstart uitsluitend toegestaan tijdens de uitloopronde van een training en op een aangewezen plaats dat dit geen hinder of gevaar oplevert voor de overige deelnemers.
10.13.2 In de pitstraat
- Is het verboden om tegen de rijrichting in te rijden, tenzij onder controle van een official.
- Men dient met een snelheid van maximaal 15 km/uur te rijden.
- Men dient op een veilige plaats te worden gestopt en/of gewerkt, zodanig dat dit geen hinder of gevaar oplevert voor de overige deelnemers. Er moet een vrije doorgang voor voertuigen (ambulance) blijven.
- In de pitstraat mag een deelnemer zich uitsluitend laten bijstaan door maximaal twee helpers.
- Helpers mogen reparaties en aanpassingen uitvoeren en behulpzaam zijn bij het tanken. Tanken mag alleen gebeuren met uitgeschakelde motor. Hierbij moet elke milieuverontreiniging voorkomen worden.
- Het is de helpers niet toegestaan om zich buiten de grenzen van het pits-gebied te begeven.
- Het behoort tot de verantwoordelijkheid van de licentiehouder en/of diens verantwoordelijke begeleider, dat de bij hem behorende helpers/monteurs op de hoogte zijn van de toegepaste reglementen.
- Tijdens een wedstrijdonderdeel mag een deelnemer alleen reparaties aan zijn motor uitvoeren in de pitstraat, dus niet in rennerskwartier. Overtreding hiervan wordt bestraft met diskwalificatie voor de betreffende sessie.
10.13.3 In het rennerskwartier
- Het is verboden om op de wedstrijdmotorfiets te rijden (duwen door de coureur of door een ander persoon of steppen is alleen toegestaan). Overtreding hiervan, geconstateerd door een official van de TRF, wordt bestraft met starten vanuit de pitstraat. Bij de volgende overtreding volgt verwijdering van het evenement.
- Het gebruik van een milieumat onder de motorfiets is verplicht.
- Het bijvullen van brandstof voor een aggregaat is uitsluitend toegestaan met stilstaand aggregaat.
- Uitgezonderd zijn aggregaten met een externe (losse) brandstoftank.
- Aanwezigheid van voldoende brandblusmiddelen voor vloeistofbranden is sterk aanbevolen.
- Dient men met zorg om te gaan met de medebewoners.
- Mag men geen overmatig lawaai produceren.
- Moeten de paden voor voertuigen doorgankelijk blijven, o.a. voor hulpverlening.
10.14 Onderbreken van training/wedstrijd met de rode vlag
- De wedstrijd kan tussentijds worden gestopt. Alleen de wedstrijdleider neemt hiertoe de beslissing. In dat geval worden zowel aan de start-/finishlijn als bij de baanposten de rode vlag getoond en (indien aanwezig en mogelijk) de (knipperende) rode lampen ingeschakeld.
- De deelnemers moeten direct hun snelheid verminderen en in rustig tempo terugkeren naar de pitstraat of naar een door officials aangegeven plaats.
- Bij een training beslist de wedstrijdleider of en hoe lang er nog getraind kan worden.
- Als een race voortijdig wordt beëindigd, is het aantal afgelegde ronden (= het aantal volledige doorkomsten van het deelnemersveld) bepalend voor de verdere gang van zaken:
- Als minder dan 3 ronden zijn afgelegd, wordt de oorspronkelijke start ongeldig verklaard.
- Uitgevallen deelnemers mogen opnieuw deelnemen, mits zij daartoe in staat zijn en tijdig aanwezig kunnen zijn.
- De te herstarten wedstrijd gaat in principe over het oorspronkelijke aantal ronden, de wedstrijdleider kan echter besluiten de race in te korten.
- De minimale lengte van een te herstarten race is altijd de helft van het oorspronkelijke aantal ronden.
- De oorspronkelijke startopstelling van die manche wordt aangehouden.
- Als 3 ronden, maar minder dan 50% (afgerond naar beneden) van het aantal ronden zijn afgelegd, wordt de wedstrijd in 2 delen verreden.
- Uitgevallen deelnemers mogen opnieuw deelnemen mits zij daartoe in staat zijn en tijdig aanwezig kunnen zijn.
- De te herstarten wedstrijd gaat in principe over het aantal resterende ronden, de wedstrijdleider kan echter besluiten de race in te korten of niet meer te laten verrijden.
- De oorspronkelijke startopstelling van de wedstrijd wordt aangehouden.
- Wanneer er een herstart komt, wordt het aantal afgelegde ronden van elk gedeelte bij elkaar opgeteld.
- De winnaar is de deelnemer die de meeste ronden heeft afgelegd. Bij een gelijk aantal ronden, zal de tijd waarin deze zijn afgelegd doorslaggevend zijn. Indien dat geen uitsluitsel geeft is de klassering in het 2e wedstrijddeel doorslaggevend. Aan de hand van deze uitslag worden de punten toegewezen.
- Als er geen herstart is, worden halve kampioenspunten toegekend.
- De plaats van een deelnemer, die niet aan de herstart kan deelnemen, wordt opengelaten.
- Als meer dan 50% (afgerond naar beneden) van het aantal ronden zijn afgelegd, wordt de wedstrijd in principe als een volledige wedstrijd beschouwd. De stand van de laatste -volledig afgelegde- ronde is de einduitslag.
- Bij 50 % (afgerond naar beneden) of meer van de wedstrijd worden de kampioenspunten toegekend.
- De wedstrijdleider kan besluiten de veroorzaker(s) van omstandigheden die een tussentijdse stop tot gevolg hebben, op de laatste plaats te laten starten in het 2e deel van de wedstrijd.
10.15 Klassering
- Winnaar van de wedstrijd is de deelnemer die in overeenstemming met de reglementen als eerste de finishlijn op het circuit passeert.
- De andere deelnemers worden afgevlagd als zij na de winnaar de finishlijn op het circuit passeren.
- Deelnemers die hetzelfde aantal ronden hebben afgelegd, worden geklasseerd in de volgorde waarin zij worden afgevlagd.
- Bij ex aequo gevallen, zal de snelste rondetijd in de wedstrijd afgelegd, de doorslag geven. De wedstrijd wordt beëindigd op aangeven van de wedstrijdleider, uiterlijk 2 minuten nadat de winnaar de finishlijn heeft gepasseerd.
- Om geklasseerd te kunnen worden moet een deelnemer 75% van het aantal ronden van de winnaar hebben afgelegd, afgerond naar beneden, en bovendien reglementair op het circuit gefinisht (afgevlagd) zijn.
- Daarnaast is het verboden om de motor met technische problemen (het is niet mogelijk dat de motor nog op eigen mechanische kracht voortbeweegt) de weg naar de finish steppend of lopend of met hulp van een derde af te leggen.
- De winnaar mag geen rijders inhalen na te zijn afgevlagd, om te voorkomen dat rijders die nog niet zijn afgevlagd, worden tegengehouden bij het naderen van de winnaar van de technische nacontrole.
- Zo spoedig mogelijk na de finish van de wedstrijd (maximaal 30 minuten zal een voorlopige uitslag worden gepubliceerd, voorzien van een paraaf van de wedstrijdleider en de publicatietijd. Daarna kan een protest worden ingediend bij de wedstrijdleiding.
- De wedstrijduitslag is pas officieel na afloop van de protesttijd, de technische controle(s) en/of afhandeling van een eventueel ingediend protest.
- De voorlopige uitslag van elke manche, wordt gecorrigeerd met eventueel opgelegde tijdstraffen en eventueel toegewezen protesten, alvorens als officiële wedstrijduitslag te gelden.
- De uitslagen van de verreden wedstrijden op een wedstrijddag, worden bij elkaar opgeteld om de dagwinnaar aan te wijzen.
10.16 Controle motorfietsen na afloop van de training/wedstrijd
- Na het verlaten van de baan kan het zijn dat de rijders verplicht hun motor bij de technische nacontrole aan te bieden en te blijven tot bekend gemaakt is wie er voor de nacontrole aangewezen zijn.
- De niet-aangewezen rijders dienen op dat moment met hun motoren de technische nacontrole te verlaten, maar niet eerder dan dat de wedstrijdleider via de officials in de technische nacontrole heeft aangegeven dat zij weg mogen.
- Alle motorfietsen blijven in het parc ferme tot 15 minuten na de publicatie van de voorlopige uitslag van de wedstrijd, of zoveel langer of korter dan de wedstrijdleider noodzakelijk acht. Overtreding hiervan, of het ontlopen van deze nacontrole, kan leiden tot diskwalificatie voor het gehele evenement. De wedstijdleider kan deze straf opleggen.
- Er kunnen door een TRF-official of op last van de wedstrijdleider na afloop van een training of wedstrijd motoren voor een technische inspectie worden ingenomen. Deze controle dient binnen 10 minuten na afloop van de betreffende training of wedstrijd te zijn begonnen. De rijder en/of zijn monteurs zijn verplicht hieraan hun actieve medewerking te verlenen. Per aangewezen motor voor controle mogen maximaal 2 monteurs voor de te verrichten werkzaamheden bij de technische nacontrole aanwezig zijn, deze mogen alleen werkzaamheden verrichten aan de motor onder toezicht van een TRF-official. Alle motoren dienen steeds (altijd, dus ook bij de vrije training!) te voldoen aan alle eisen, gesteld in het Technische Reglement.
- Indien, voor de klasse van toepassing, zullen de motoren op de vermogensbank getest worden om het maximale vermogen te bepalen.
- Het is geen enkele deelnemer of zijn begeleider toegestaan om zonder toestemming van een technische keuring official de technische nacontrole te betreden.
- De gebruikte controlemiddelen en het oordeel van de technische keuring officials zijn bindend.
- Wanneer het om technische reden nodig is om de verzegeling te verbreken, dan dient men voor aanvang van training of wedstrijd de motor opnieuw aan te bieden voor controle en verzegeling. Wanneer een motor verzegeld is, mag deze blijven zitten voor de volgende wedstrijd dag, wel mag men tussen de wedstrijddagen het zegel thuis verwijderen, maar men zal dan de eerstvolgende wedstrijddag (vóór aanvang van de eerste training) de motor opnieuw moeten aanbieden voor controle.
- Wanneer er een foute restrictie, foutieve carburateur of een te hoog vermogen wordt geconstateerd zal de desbetreffende rijder voor de gehele dag uit alle uitslagen worden verwijderd, tevens zal de rijder bij de resterende wedstrijden tijdens het evenement vanuit de pitstraat moeten starten tijdens de wedstrijden. De wedstrijdleider kan deze straf opleggen. Protesten van overige deelnemers, gericht tegen de technische staat van een deelnemende motorfiets, dienen binnen 10 minuten na de finish van de wedstrijd van betreffende klasse te worden ingediend bij de wedstrijdleider. Het protestgeld bij een technisch protest bedraagt € 50,-.
- In geval van een technisch protest, waarbij het noodzakelijk is dat het motorblok geheel of gedeeltelijk gedemonteerd wordt, is een minimum protestgeld verschuldigd van € 100,-bij een protest tegen viertaktmotoren. Dit protestgeld kan nog verhoogd worden als een onderzoek door derden noodzakelijk is. Het bedrag wordt, indien het protest wordt afgewezen, gedeeltelijk toegekend aan de benadeelde deelnemers.verkennins
11. Gezondheid
- Deelnemers dienen gezond, fit en vrij te zijn van de invloeden van alcohol, drugs en geneesmiddelen die de rijvaardigheid kunnen beïnvloeden en alle overige middelen die vermeld staan in de WADA-dopinglijst.
- In bijzondere gevallen kan de EHBO / Wedstrijdarts om een doktersverklaring vragen.
12. Wijziging van klasse
Indien een licentiehouder van klasse wil wisselen, moet hij hiervoor een aanvraag indienen bij de TRF en MON.
13 Startnummers
Iedere startlicentiehouder in een klasse krijgt van TRF een voor het gehele jaar geldend startnummer en dat is niet overdraagbaar.
Nr’s 1 t/m 3 worden alleen gegeven aan de eerste drie van het kampioenschap van het voorgaande jaar mits anders is overlegt. Andere nummers zijn vrij.
Rijders kunnen eventueel om een nummer verzoeken tijdens inschrijven bij TRF.
14. Gedragsbepalingen
- De deelnemer en zijn/haar volwassen begeleider zal zich tegenover de andere deelnemers, hun helpers, het publiek, de organisatoren en de wedstrijdofficial gedragen zoals het een goed sporter betaamt. Dit geldt niet alleen tijdens het verrijden van de wedstrijd, maar ook op alle andere momenten van het evenement.
- De deelnemer en zijn/haar volwassen begeleider zijn altijd verantwoordelijk voor het gedrag van de bij hem of bij zijn team behorende helpers en kan ook worden bestraft voor misdragingen van deze helpers. Voor misdragingen van helpers van een team kunnen meerdere deelnemers uit dat team worden bestraft. Men moet altijd de aanwijzingen van dienstdoende officials opvolgen.
- Gedragsproblemen kunnen leiden tot uitsluiting van of de ontzegging van deelname aan evenementen georganiseerd door The Race Factory.
15. Technische officials
Technische officials
Het technische keuring team bestaat uit drie personen 1 hoofd technische official, 2 technische officials afkomstig van de TRF. Het technische keuring team kan verder uitgebreid worden met ondersteuning van de organisator. • De technische keuring (personen die zijn gemachtigd door de TRF) keurt de motor, helm en motorkleding evt. na een ongeval, controleert als gevolg van een protest en doet de nacontrole. • De TK kan een machine of onderdelen verzegelen t.b.v. nacontrole en/of identificatie. • De technische keuring brengt verslag en advies uit aan de wedstrijdleider. • Voorstellen tot wijzigen van het Technisch Reglement worden mede door de leden van de technische keuring behandeld en voorgelegd aan TRF.
16 Bepalingen van de competities
16.1 Titel
De TRF verzorgt een competitie van wedstrijden voor het Open Nederlands Kampioenschap. Deze evenementen worden doorgaans tussen 01 Maart en 31 oktober georganiseerd. De data voor deze evenementen worden voorafgaande aan het seizoen door de TRF vastgelegd.
Hiervan wordt slechts afgeweken in gevallen die buiten de macht van de TRF vallen.
16.2 Klassen en leeftijden
De volgende leeftijdsgrenzen gelden per klasse:
- ONK Mini-GP open: tot een max van 190 cc vanaf 10 jaar
- ONK YCF-GP 187 Stock vanaf 16 jaar
- ONK YCF-Pitbikes-stock 155 vanaf 10 jaar
- ONK Pitbikes-open 190 vanaf 10 jaar
- ONK Supersport 125 stock en open vanaf 10 jaar
17 Puntenschema en klasseringen
7.1 Kwalificatienormering
Voorafgaand aan elke wedstrijd is er een tijdslimiet van 120% van de snelste rijder in elke klasse, tenzij anders bepaald door TRF.
7.2 PUNTENSCHEMA VOOR DE COMPETITIES
Voor alle wegrace tellende wedstrijden geldt per wedstrijd onderstaand puntenschema:
- 25 punten voor de 1e plaats
- 20 punten voor de 2e plaats
- 16 punten voor de 3e plaats
- 13 punten voor de 4e plaats
- 11 punten voor de 5e plaats
- 10 punten voor de 6e plaats
- 9 punten voor de 7e plaats
- 8 punten voor de 8e plaats
- 7 punten voor de 9e plaats
- 6 punten voor de 10e plaats
- 5 punten voor de 11e plaats
- 4 punten voor de 12e plaats
- 3 punten voor de 13e plaats
- 2 punten voor de 14e plaats
- 1 punt voor de 15e plaats
Punten worden alleen toegekend aan coureurs die de finishlijn passeren nadat de finishvlag is gevallen.
Bovenstaande puntentelling geldt voor de volgende raceklasses:
- ONK MiniGP open
- ONK YCF GP-187 stock
- ONK YCF Pitbike Cup Stock A
- ONK YCF Pitbike Cup Stock B
- ONK Pitbike Cup open
- ONK Supersport 125 Stock
- ONK Supersport 125 open
17.3 Ex aequo
Bij een gelijk aantal (netto)-punten in de eindstand, is diegene in het voordeel die het grootste aantal hoogste klasseringen heeft behaald. Geeft dit geen uitsluitsel dan geldt voor de eindrangschikking de beste prestatie geleverd in de laatste voor de betreffende competitie tellende wedstrijd (eventueel voorlaatste wedstrijd etc.) als volgorde.
18 Prijzen
De prijsuitreiking vindt plaats direct aan het einde van iedere wedstrijddag op het podium. Per wedstrijd zijn er prijzen beschikbaar voor minimaal de eerste drie geklasseerde.
Huishoudelijke reglement The Race Factory.
Tijdens ons verblijf op diverse circuits hanteren wij een aantal afspraken en regels teneinde voor een ieder verblijf aangenaam en veilig te maken en te houden. Uiteraard met dien verstande dat we in de toekomst wederom een beroep kunnen doen op circuits waar we met zijn allen hebben verbleven.
19.1 Algemene gedragsregels
- Op het circuitterrein geldt het Reglement Verkeersregels (https://wetten.overheid.nl/BWBR0004825/) .
- Instructies van TRF-medewerkers en circuitbeheerder/medewerkers dienen te allen tijde te worden opgevolgd.
- Tijdens de trainingen en races is het voor onbevoegden verboden om op het circuit of in de pitstraat te verblijven.
- Voertuigen moeten worden geparkeerd op plaatsen die voor dit doel zijn aangewezen en ingericht.
- Na 18.00 uur mag er geen geluidshinder meer worden veroorzaakt.
- Tussen 18.00 uur en 09.00 uur is verblijf of voortbeweging van gemotoriseerde voertuigen op het circuit niet toegestaan.
19.2 Calamiteiten
- In geval van een calamiteit zijn er blusmiddelen beschikbaar en EHBO producten aanwezig op de paddock bij de EHBO Post, TC en op de baco posten.
- Indien nodig kan het nationale alarmnummer 112 worden gebeld.
- Elk team dient in bezit te zijn van een eigen brandblusser (aanwezig bij aanhanger, auto of bus).
19.3 Paddock Reglementen
- De maximumsnelheid op de paddock is beperkt tot maximaal 5 km per uur.
- Personen jonger dan 16 jaar mogen geen gemotoriseerd voertuig besturen op de paddock.
- De toegang tot het Parc Fermé moet te allen tijde vrijgehouden worden.
- Huisdieren zijn niet toegestaan op de paddock.
- Het maken van een burn-out, donut etc. in de paddock is niet toegestaan.
- Roken en open vuur is ten strengste verboden.
19.4 Milieu- en hygiënevoorschriften
- Een milieumat waarop de motorfiets staat is verplicht.
- Afgewerkte olie dient door de coureur zelf afgevoerd te worden / mee terug worden genomen naar huis.
- Banden en accu’s mogen niet op het circuitterrein achterblijven.
- Mochten deze onverhoopt achterblijven is TRF genoodzaakt een boete op te leggen van 500,- euro.
- Afval wordt netjes gedeponeerd in de daarvoor bestemde afvalcontainers.
Noot:
- Indien u zich niet aan bovenstaande regels houdt, is TRF bevoegd om passende maatregelen te nemen tegen de overtreder.
- TRF is niet aansprakelijk voor eventuele schade aan personen of eigendommen veroorzaakt tijdens het verblijf op één van de circuits.
20 Milieu voorschriften
Ook wij willen ons steentje bijdragen aan het milieu, iedereen is verplicht zich te houden aan een aantal punten om er voor te zorgen dat we met elkaar deze hobby kunnen blijven beoefenen.
Alle klasses dienen te voldoen aan de volgende punten:
- Een zichtbare DB killer in de uitlaat demper is verplicht. Voor stock klasses is de zichtbare originele DB killer in de uitlaat demper verplicht.
- Dichte onderkuip of een dichte Bellypan is verplicht onder het motorblok te monteren. Deze moet minimaal het gehele blok aan de onderkant bedekken en moet voorkomen dat er olie of andere vloeistoffen op het circuit kunnen lekken.
- Een losse brandstof – (min 100 ML) en olie-opvangreservoir is verplicht
- Een milieu mat is verplicht te gebruiken op de paddock onder de motorfiets.
- Afgewerkte olie dient door de coureur zelf afgevoerd te worden / mee terug worden genomen naar huis.
- Banden en accu’s mogen niet op het circuitterrein achterblijven.
- Mochten deze onverhoopt achterblijven is TRF genoodzaakt een boete op te leggen van 500,- euro.
- Afval wordt netjes gedeponeerd in de daarvoor bestemde afvalcontainers.